Het Steengelaag is een klein natuurparadijs vlak bij het centrum. Het is een bijzonder gebied waar industriële archeologie en natuur met elkaar versmolten zijn.
Door de kleiontginning uit de ‘gelaagputten’ en de bijhorende steenbakkerij vormde het Steengelaag tot eind de jaren ’70 een belangrijke schakel in de Stekense industrie.De kleibaggeraar aan de jongste kleiput is een stille getuige uit dat tijdperk. Eind de 19de eeuw werd in de oudste kleiput de klei uitgegraven met de (houten)spade, geladen op spoorwagentjes en met paarden naar de steenbakkerijen gebracht. In 1913 werd het ophalen van de klei geautomatiseerd door de kleibaggeraar (de excavateur of schamateur in het Stekens dialect). De toenmalige steenbakkerij, genaamd Tuilerie Sainte-Marie werd omstreeks 1880 opgericht als een pannenbakkerij en schakelde eind 19de eeuw over op de productie van baksteen. De sluiting van deze lokale steenbakkerij in 1979 zorgde ervoor dat de exploitatie van de putten werden beëindigd. Na deze periode van drukke industriële bedrijvigheid is het Steengelaag teruggegeven aan de natuur.
Vandaag is het Steengelaag een beschermd natuurgebied met afwisselende fauna en flora. Zo wandel je dankzij de vroegere kleiwinning door een vochtig broekbos, langs een hooiland en drie waterpartijen. Ook bij de Stekenaar zelf is het Steengelaag een geliefde plaats om tot rust te komen.